Manhond
riendelijk glimlachende manhond loopt met blotebillengezicht – het blotebillengezicht dat het niet erg vindt om als tweede te eindigen om precies te zijn – over stoep langs singel zoals manhond iedere dag wandelt langs singel op stoep.
Iedere dag aan elkaar binden met het water, de rieten armen, stammen, tegels, overgangspaden, verlaten verklaringen, gebeden uit gebogen hoofden, dreigingen (de gehalveerde) die in de neus prikken en manhond doen niezen; hij zit er niet mee, het zijn zijn mogelijkheden, iedere keer. Aan elkaar binden de opgeluchte adem, onnozele gemeentebanken die niet weten hoe baby’s worden geboren, de waarheid uit een boek geraapt, vorken in stelen, mode zonder nadruk op contouren geplaatst, plezier van ijsjesmonden, schateilanden in onderbuiken, posturen aan lange kastanjebruine baarden, knusse lachjes uit steegjes, zweet onder borsten, beeldje aan brug, gesprekken over vroeger, gerechten die foto’s worden, foto’s die gerechten zijn op internet, internet van iedereen, lauwe druppels, en druppels lauwe.
Manhond zit er niet mee, het zijn zijn mogelijkheden, alles zoals het is.
Peggy Verzett