I.M. Niels Hansson
1947-2000
Laat het niet de dichtershel zijn: grafschrift
dat geen voorbijganger aan zal spreken.
De feiten zijn vastgesteld op een steen,
een leven verwerkt tot naam en data:
zolang gaf je het menselijk tekort
een podium om af te spreken met liefde.
Maar je maakte plaats voor het hoogste woord,
dat je, zei je geregeld, zelf niet schreef.
Je gedichten vielen nagenoeg stil,
het eeuwige is analfabeet.
Ik fiets af en toe nog langs om te zien
of er toch iets van je rest en doorwerkt.
Werk je nu op het hoogste podium
verder je vermogen uit na je dood?
Maak je hier een nieuwe afspraak met liefde
in het bestaan van kleerscheuren en gekijf?
Al met al werken we in de dichtershemel
slechts het weerwoord uit dat ons bijeenhoudt.
En of je daar nu Plato vindt of God,
laat hen in de waan dat dit hun woord is.
Jan Dullemond
Deze maand is het twintig jaar geleden dat Niels Hansson is overleden.
Niels Hansson was dichter maar vooral organisator van alles waar poëzie in Rotterdam maar zijn stem kon laten horen. Niels bood iedereen een podium, van beginnend talent tot oude versleten stemmen. Twintig jaar is een lange tijd. Een eeuwigheid voor een dichter. Een model Iphone of een computer is na vier jaar al klassiek, maar voor een dichter is de tijd meedogenloos. Maar uiteindelijk is het niet de persoon van de dichter die moet overleven, maar zijn vermogen. En uiteindelijk is een dichter niet meer dan een doorgeefluik van dit poëtisch vermogen. Zelf kan hij verdwijnen. Met ‘Weerwoord’ hoop ik Niels een duurzamer podium te geven.