
De bezoeker wordt vrijwel onmiddellijk geraakt door de ‘Amerikaanse’ skyline boven het water met winderige zeehavens. Hij noteert: ‘Alles is vooral hoog, zoals veel in Rotterdam. Ik loop door jouw stad met een constant gevoel van hoogtevrees.’
Een paar dagen later zijn er nieuwe woorden.
De dichter-hoogleraar, misschien blij te zijn ontkomen, groet de achterblijvers. Dit is zijn vers, als een woontoren aan de Maas.
Intro door Ben Herbergs. Zijn dichtersvriend Wiel Kusters bezocht na lange tijd weer eens Rotterdam, nu als toerist met kleinzoon. Dat leidde tot dit sonnet: